Skip to content

Oefenen met leessommen (redactiesommen) voor groep 7 en 8

Beantwoord de volgende 30 vragen en klik dan onder op de webpagina op Toets nakijken.

De toetsvragen:

1.

Marcel is jarig geweest en trakteert de hele klas op zakjes chips. Nadat hij heeft getrakteerd, heeft hij nog 6 zakjes over. Hij heeft [5^6] van de zakjes chips uitgedeeld. Hoeveel zakjes chips had Marcel meegenomen?


2.

Toby gaat naar de bakker en koopt vier gebakjes van € 1,95 per stuk. Hij betaalt met een briefje van € 10,00. Hoeveel krijgt hij terug?


3.

Olivia zit op gitaarles. Ze vindt het erg leuk, maar ze oefent wat te weinig. Daarom heeft ze besloten elke dag een kwartier te oefenen, behalve op de dag dat ze les heeft. Hoe lang wil Olivia in totaal per week oefenen?


4.

Barbara gaat met haar beste vriendin winkelen. Ze heeft een leuke spijkerbroek gezien en gaat hem passen. Hij staat haar geweldig en ze besluit hem te kopen. Hij is ook nog in de aanbieding! De spijkerbroek kostte eerst € 39,00, maar kost nu € 5,50 minder. Barbara betaalt met een briefje van € 50,00. Hoeveel krijgt zij terug?


5.

Bianca gaat naar de boekhandel en koopt twee boeken: een voor € 12,50 en een voor € 15,20. Daarnaast koopt ze nog een tijdschrift van € 2,90. Hoeveel moet Bianca betalen?


6.

Megan heeft een pakje appelsap van 220 ml gedronken, Evelien heeft een flesje sinaasappelsap van 3 dl gedronken en Naomi heeft een flesje water van 2,5 dl gedronken. Hoeveel cl hebben ze samen gedronken?


7.

Bij de bloemist zijn vandaag de tulpen in de aanbieding. Ze kostten eerst € 4,90 per bos, maar nu zijn ze € 1,50 per bos goedkoper. Jessica koopt een bos en betaalt met een briefje van € 10,00. Hoeveel krijgt zij terug?


8.

Rick gaat op de weegschaal staan en ziet dat hij 52 kg weegt. Hij vraagt aan zijn moeder of zij weet hoeveel hg dat is. Hoeveel hg is 52 kg?


9.

Bram gaat met zijn ouders op bezoek bij zijn opa en oma. Ze moeten in totaal 73,5 km rijden. Onderweg rekent Bram uit hoeveel dam dat is. Hoeveel dam is 73,5 km?


10.

Miranda gaat naar het tuincentrum. Ze wil wat nieuwe planten kopen voor in de tuin. Daarnaast laat ze zich ook verleiden tot het kopen van een aantal andere spulletjes. Het ziet er ook allemaal zo fleurig uit. Bij de kassa moet ze in totaal € 63,35 betalen. Dat valt even tegen! Hoe kan Miranda gepast betalen?


11.

Meneer en mevrouw Luitjes eten elke dag 200 g aardappelen per persoon. Hoeveel kg aardappelen eten ze samen per week?


12.

Eva is een appeltaart aan het bakken. Ze heeft alle ingrediënten in de bakvorm gedaan en zet deze in een voorverwarmde oven. In het recept leest ze dat de appeltaart 1 uur in de oven moet. Hoeveel seconden zijn dat?


13.

Maarten gaat naar de boekhandel en koopt een boek voor € 15,50. Daarnaast koopt hij nog twee tijdschriften: een voor € 3,90 en een voor € 5,90. Hoeveel moet hij betalen?


14.

Claudia heeft van haar juf de opdracht gekregen een plattegrond van het klaslokaal te tekenen. De schaal van de plattegrond moet 1:200 zijn. Het klaslokaal is 16 m lang en 12 m breed. Hoe lang en hoe breed moet het klaslokaal op de tekening zijn?


15.

Anouk en Paul hebben vandaag een fietstocht gemaakt. Ze zijn om 10.30 uur vertrokken en om 14.30 uur weer thuis gekomen. Hun gemiddelde snelheid was 16 km/u. Hoeveel km hebben Anouk en Paul gefietst?


16.

Lisa gaat altijd met de auto naar haar werk. De afstand van haar huis naar haar werk is 50 km. Vandaag was er veel file en haar gemiddelde snelheid was dan ook slechts 30 km/u. Hoe lang was Lisa onderweg naar haar werk?


17.

De school van Sander begint vanmorgen om half negen en eindigt vanmiddag om drie uur. Sander is vandaag dus 6 [1^2] uur op school. Onderweg naar school rekent hij uit hoeveel minuten dat zijn. Hoeveel minuten zijn dat volgens jou?


18.

Jolanda vindt dat ze meer tijd moet besteden aan sporten. Ze besluit zes dagen per week 20 minuten te gaan hardlopen. Hoe lang wil Jolanda per week gaan hardlopen?


19.

Dirk gaat naar de slager. Hij wil vier hamburgers kopen. Ze kosten € 0,95 per stuk. Hoe kan Dirk gepast betalen?


20.

Willem is een boek aan het lezen over Afrika. In het boek staat een tekening van een Afrikaanse olifant. Bij de tekening staat dat de schaal 1:40 is. Op de tekening heeft de olifant een hoogte van 8 cm. Hoe hoog is de olifant in werkelijkheid?


21.

Peter is morgen jarig en wil trakteren op school. Hij gaat met zijn vader naar de supermarkt en koopt drie zakken met uitdeelzakjes popcorn van € 2,60 per stuk. Hoe kunnen Peter en zijn vader gepast betalen?


22.

Meester Frank heeft een grote kan. De kan is 1,5 dm breed, 1 dm diep en 4 dm hoog. Meester Frank wil de kan vullen met limonade. Hoeveel liter limonade past in de kan?


23.

Mike woog 90 kg. Hij vond zichzelf veel te zwaar en besloot daar wat aan te doen. In twee weken tijd is Mike [1^15] van zijn gewicht kwijtgeraakt. Hoeveel weegt Mike nu?


24.

Rick gaat naar de supermarkt en koopt een zak drop voor € 2,25 en twee pakjes kauwgum van € 0,95 per stuk. Hoeveel moet hij betalen?


25.

Dirk wil een terras maken met tegels van 1 dm². Het terras moet 40 dm lang en 24 dm breed worden. Hoeveel tegels heeft Dirk nodig?


26.

De familie Kooistra is een dagje naar het strand gegaan. Het is ontzettend heet en ze zien veel mensen met een ijsje lopen. Op een gegeven moment besluiten zij ook een ijsje te gaan kopen. Ze kopen twee ijsje van € 1,25 en een ijsje van € 0,90. Ze betalen met een briefje van € 10,00. Hoeveel krijgen ze terug?


27.

Alida maakt graag kleding voor haar kinderen. Ze wil een zomerjurkje voor haar dochter maken. In de stoffenwinkel heeft ze een vrolijk gekleurde stof uitgezocht. De stof kost € 9,40 per meter en Alida heeft 1,5 meter nodig. Hoeveel moet zij betalen?


28.

Bij de slager kost een kilogram shoarmavlees € 11,50. Bert wil 400 g shoarmavlees kopen. Hoeveel moet hij betalen?


29.

Vera is aan het winkelen. Vera heeft net een heleboel kleding gepast en ze heeft een aantal kledingstukken uitgekozen die ze wil kopen. Ze gaat naar de kassa en moet € 64,25 betalen. Hoe kan Vera gepast betalen?


30.

De familie Rozema gaat altijd met de caravan op vakantie. In de caravan zit een watertank van 70 liter. Hoeveel hl is dat?


Aanbevolen bij deze toets:

Oefenen met leessommen (redactiesommen) voor groep 7 en 8

De Visual Steps-boeken

Direct aan de slag / Stap-voor-stapinstructies / Begrijpelijke inhoud