Skip to content
Twitter
Facebook
Home
Over de auteur
Nog meer voor kinderen
Toetsen
Contact
Oefenen met aardrijkskunde en natuuronderwijs voor groep 8
Beantwoord de volgende 30 vragen en klik dan onder op de webpagina op
Toets nakijken
.
De toetsvragen:
1.
De Noordkaap hoort bij
Polen.
Noorwegen.
Denemarken.
2.
In Suriname wonen de meeste mensen in en rond Paramaribo. Dit komt doordat
er geen andere steden zijn.
het grootste deel van het land bedekt is met tropisch oerwoud.
men dit een mooie stad vindt.
3.
Je laat een ketel met water een poosje doorkoken. Waaraan in de keuken zie je dat er waterdamp ontstaat?
Het keukenkastje.
Het raam.
Het aanrecht.
4.
De zaden van erwten en bonen worden beschermd door een
dop.
harde schil.
peul.
5.
In de Balkan woont een volk soms verspreid over meerdere landen. Dit komt door
het volk is te groot voor één land.
de reislust van deze mensen.
de vele oorlogen in dit gebied.
6.
Voor de uitbreiding van landbouwgrond is in dit land veel tropisch hardhout gekapt.
Peru.
Brazilië.
Equador.
7.
Geluid dat terugkaatst noemen we echo. Welk dier maakt hier gebruik van?
De koe.
De poes.
De vleermuis.
8.
In de nationale parken in Afrika leven grote zoogdieren. Welke hoort in dit rijtje niet thuis?
De olifant.
De giraf.
De eland.
9.
In de zomer trekken vooral mensen naar de Alpen die houden van
fietsen.
skiën.
bergbeklimmen.
10.
De koudste bewoonde plek op aarde vind je in
Taiwan.
Siberië.
Japan.
11.
De hoofdstad van Zwitserland is
Bern.
Turijn.
München.
12.
Welke zin past bij de steppe?
Dichte boombegroeiing.
Een onvruchtbare zandvlakte.
Een uitgestrekte grasvlakte.
13.
Dit is het rijkste land van Azië:
Pakistan.
Bangladesh.
Japan.
14.
De woestijn de Negev vind je in
Israël.
Filipijnen.
Syrië.
15.
Mijn kantoor staat in Heerenveen. Vaak bezoek ik klanten in andere plaatsen in Friesland. Dat noem je
woon-werkverkeer.
vrachtverkeer.
zakenverkeer.
16.
De afgelopen jaren is de allochtone bevolking in ons land vooral toegenomen door
de komst van asielzoekers.
emigratie.
een geboortegolf.
17.
Wat wordt met het moessonseizoen in Thailand bedoeld?
De droge tijd.
De regentijd.
De oogsttijd.
18.
Langs onze kust liggen op veel plaatsen duinen. Deze zandheuvels worden gevormd door
de wind.
de kustwacht.
de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten.
19.
Welke van deze producten is niet gemaakt van aardolie?
Een plastic emmer.
Een paar klompen.
Benzine.
20.
De grootste oorzaak van de ontvolking van een gebied is
werkloosheid.
weinig grondstoffen.
lage lonen.
21.
Tussen Camperduin en Petten liggen geen duinen. Hier ligt een dijk. Hoe heet deze dijk?
Westfriese Zeedijk.
Afsluitdijk.
Hondsbosse Zeewering.
22.
Wie helpt er niet mee aan het verteren van het afval in het bos?
De regenworm.
De pissebed.
De specht.
23.
Bijen hebben het moeilijk de laatste jaren. Wat kun je doen om ze te helpen?
Bouw een bijenhotel.
Zet een schaaltje suiker buiten.
Jaag alle wespen weg.
24.
In de steden van dit land woont meer dan de helft van de mensen in sloppenwijken:
Thailand.
India.
China.
25.
Welke van deze drie hoort niet tot de vaste stoffen?
Krijt.
IJzer.
Limonade.
26.
Welk dier verandert van kleur als er gevaar dreigt?
De spin.
De kameleon.
De rups.
27.
Paddenstoelen groeien alleen
als het kurkdroog is.
in een vochtige en broeierige omgeving.
langs het water.
28.
Irrigatie in de landbouw betekent
het benadelen van boeren.
het besproeien of bevloeien van land met rivier- of grondwater.
het droogleggen van land.
29.
Deze Nederlandse provincie is ontstaan nadat de Zuiderzee werd afgesloten door een dijk.
Noordoostpolder.
Flevoland.
Utrecht.
30.
Er ligt een magnetisch geworden schroevendraaier naast een kompas. De naald van het kompas wijst naar
het zuiden.
de schroevendraaier.
het noorden.
Toets nakijken
Aanbevolen bij deze toets:
De Visual Steps-
boeken
Direct aan de slag
/
Stap-voor-stapinstructies
/
Begrijpelijke inhoud
Productoverzicht