Skip to content

Leren en oefenen met procenten en het metriek stelsel voor groep 7 en 8

Beantwoord de volgende 30 vragen en klik dan onder op de webpagina op Toets nakijken.

De toetsvragen:

1.

Op dit kantoor drinkt  deel van het personeel de koffie met suiker en melk.  deel gebruikt alleen melk en de rest drinkt de koffie zwart. Hoeveel procent drinkt de koffie zwart?


2.

8 van de 50 is ... %


3.

Waar staat € 70,45 voor?


4.

Een raampje van het bushokje is vernield. De gemeenteman gaat kijken hoeveel glas er besteld moet worden. Hij meet en schrijft op: 150. Wat is de oppervlakte van het raam?


5.

Familie van der Gelden heeft een jaar lang bijgehouden waar al het verdiende geld aan wordt uitgegeven. Kijk naar de vakantie. Welk deel van het totale inkomen is dit?


6.

Kees brengt elke maand € 100,00 naar de bank. De rente per maand is 1%. Hoeveel rente krijgt Kees per maand?


7.

De glaszetter moet een nieuw raam in het lokaal van groep 7 zetten. Hij gaat eerst meten. Het raam moet 90 cm hoog zijn en 110 cm breed. Wat is de oppervlakte van het glas?


8.

1 m = ... mm


9.

Een superstunt! Zacht en sterk toiletpapier. 24 rollen van € 8,75 voor € 5,25. Met hoeveel procent is de prijs verlaagd?


10.

Mark bestelt een nieuwe fiets van € 1400,00. De aflevering is in januari en in het nieuwe jaar is er een prijsverhoging van 5%. Hoeveel is de verhoging en wat moet Mark betalen?


11.

98,3 - 98,2 - 98,1 - … - …
Maak de rij af


12.

 deel =  = 20%
deel = ... en  deel = ...


13.

1000 dm = ...


14.

Hoeveel is de 8 waard in 2459,825?


15.

Je mag bij deze opgave een rekenmachine gebruiken.
De elektricien berekende € 33,60 btw (12%) voor de klus. Hoeveel heeft de klus gekost, de btw niet meegerekend?


16.

0,6 kilometer =


17.

Je mag bij deze opgave een rekenmachine gebruiken.
De sanitairzaak plaatst een badkamer met een waarde van € 10.420. Omdat het familie is hoeft de eigenaar geen btw te betalen. Hoeveel btw (15%) kan de eigenaar aftrekken?


18.

Kijk eerst naar dit voorbeeld:
 deel = 1 van de 5 = 20 van de 100 = 20%
Nu jij!
 deel = ... van de ... = ... van de 100 = ...%
Wat zet je op de plaats van de stippen?


19.

384 van de 3200 m² vloerbedekking was beschadigd. Hoeveel procent is dit?


20.

1 liter = ...


21.

11 kilometer = ...


22.

De rente is nog nooit zo laag geweest. Tot het einde van dit jaar verlaagt de bank de rente van 3,4% naar 1,2%. Wat betekent dit?


23.

1 hl = ... m3


24.

De kilometerteller van de auto staat ’s ochtends op 8532,25. ’s Avonds staat de teller op 8636,50. Hoeveel kilometer is er met de auto gereden?


25.

Door nachtstroom te gebruiken bespaar je 8% aan energiekosten. Wat betekent dit?


26.

De nieuwe auto van Kees kost € 8000,00. Na een jaar kost dezelfde auto 110%. Hoeveel is de auto duurder geworden en wat kost hij nu?


27.

1000 mm² = ...


28.

1750 mm = ...


29.

Je mag bij deze opgave een rekenmachine gebruiken.
De nieuwe badkamer komt op € 15.400. Daarbij komt nog 6% btw. Hoeveel moet papa voor de badkamer betalen?


30.

10% van 100 is 0,1 x 100 = 10
6% van 300 is ...


Aanbevolen bij deze toets:

Leren en oefenen met procenten en metriek stelsel voor groep 7 en 8

De Visual Steps-boeken

Direct aan de slag / Stap-voor-stapinstructies / Begrijpelijke inhoud