Skip to content
Twitter
Facebook
Home
Over de auteur
Nog meer voor kinderen
Toetsen
Contact
Oefenen met leessommen (redactiesommen) voor groep 5
Beantwoord de volgende 30 vragen en klik dan onder op de webpagina op
Toets nakijken
.
De toetsvragen:
1.
Ankie pakt gebaksvorkjes in.
In een doosje passen 6 vorkjes. Er liggen 108 vorkjes.
Hoeveel doosjes kan Ankie vullen? Hoeveel vorkjes houdt ze over?
19 (1 over)
17 (5 over)
18 (0 over)
2.
De grote wandeltocht heeft 5800 deelnemers.
Johnny doet ook mee. Om twee uur zijn 1700 deelnemers over de eindstreep gekomen.
Hoeveel deelnemers moeten er nog komen?
4200
4300
4100
3.
De opa en oma van Katie krijgen een reis van hun kinderen.
De reis kost 1200 euro. Er zijn 6 kinderen.
Hoeveel betaalt ieder kind?
200
300
250
4.
Ank telt een maand lang alle vogels in de tuin.
Ze ziet 425 mussen, 300 spreeuwen en 40 koolmezen.
Hoeveel vogels heeft Ank gezien?
755
760
765
5.
Riet gaat 8 dagen op vakantie.
Een dag heeft 24 uur.
Hoeveel uur gaat Riet op vakantie?
192
186
188
6.
Mounir bergt zijn boeken op in dozen waar 8 boeken in passen.
Hij heeft 63 boeken.
Hoeveel bakjes kan Mounir vullen? Hoeveel boeken houdt hij dan over?
7 (7 over)
8 (0 over)
8 (1 over)
7.
Fiene pakt dozen snoep in.
Er passen 8 zakjes in een doos. Fiene heeft 87 zakjes.
Hoeveel dozen kan ze vullen? En hoeveel zakjes houdt ze over?
11 (1 over)
10 (7 over)
9 (7 over)
8.
Aya telt het aantal katten in het asiel.
Er staan 4 rijen met hokken. Iedere rij heeft 3 hokken. In ieder hok zitten 3 katten.
Hoeveel katten zijn er?
39
36
34
9.
Ilse heeft 4 mappen met stickers.
In iedere map zitten 85 stickers.
Hoeveel stickers heeft Ilse?
340
330
320
10.
Marcel heeft 98 euro verdiend met auto`s wassen, honden uitlaten en vegen.
Met vegen heeft hij 9 euro verdiend, en met honden uitlaten 7 euro.
Hoeveel heeft hij verdiend met auto’s wassen?
83
81
82
11.
Twan gaat op vakantie.
Het huisje kost 122 euro per week. Hij blijft er 3 weken.
Ook komen er nog 21 euro schoonmaakkosten bij.
Wat kost de vakantie?
389
385
387
12.
Francien heeft 399 euro gespaard voor de vakantie.
Ze krijgt 23 euro van oma.
Hoeveel geld heeft ze voor de vakantie?
421
423
422
13.
Isa telt het aantal vogels in de dierentuin.
Er staan 2 rijen met hokken. Iedere rij heeft 7 hokken. In ieder hok zitten 6 vogels.
Hoeveel vogels zijn er?
82
78
84
14.
Alexander heeft evenveel spijkers, bouten, schroeven en moertjes.
Hij verdeelt de 75 spijkers over 5 bakjes.
Hoeveel stuks zitten er in elke bak als hij alle 4 de soorten verdeeld heeft?
60
55
65
15.
Tristan heeft 10 zakken met 15 koekjes.
Hij verdeelt de koekjes over 3 koektrommels.
Hoeveel koekjes zitten er in iedere trommel?
52
45
50
16.
Richard krijgt een scooter.
De scooter kost 1600 euro. Zijn vader en opa betalen ieder een gelijk deel.
Hoeveel betalen vader en opa ieder?
800
850
900
17.
Ahmet heeft 138 euro op zijn spaarrekening.
Hij heeft 172 euro verdiend met zijn vakantiebaantje.
Hoeveel euro heeft hij?
310
300
320
18.
Mika heeft 48 bitterballen gebakken. Er worden er meteen 6 opgegeten.
Hij verdeelt de rest over 3 borden.
Hoeveel bitterballen liggen er op ieder bord?
16
14
15
19.
Erben pakt harde broodjes in.
Er passen 6 broodjes in een zak. Erben heeft 49 broodjes.
Hoeveel zakken kan hij vullen? En hoeveel broodjes houdt hij over?
8 (0 over)
7 (5 over)
8 (1 over)
20.
Jason koopt een spel voor het clubhuis.
Het spel kost 52 euro. Hij krijgt 4 euro korting.
Jason deelt de kosten met zijn 3 vrienden.
Hoeveel betalen ze per persoon?
9
12
10
21.
Joost telt de supporters van de tegenpartij.
Ze komen met 8 bussen. In iedere bus zitten 45 mensen.
Hoeveel supporters komen er voor de tegenpartij?
340
360
330
22.
De klas van Fleur heeft 635 euro opgehaald voor het dierenasiel.
Juf geeft 45 euro.
Hoeveel euro krijgt het dierenasiel?
670
680
690
23.
Het rekenboek van Nora heeft 80 hoofdstukken.
In ieder hoofdstuk staan 11 sommen.
Hoeveel sommen staan er in het boek?
870
890
880
24.
Rosanne heeft met de sponsorloop 65 euro opgehaald voor het goede doel.
Haar vader verdubbelt het bedrag. Haar opa verdubbelt het nieuwe bedrag nog een keer.
Hoeveel geld kan Rosanne aan het goede doel geven?
240
260
280
25.
Martin heeft 302 euro gespaard.
Hij geeft 5 euro uit aan een stripboek.
Hoeveel spaargeld houdt hij over?
298
297
296
26.
De school van Ben heeft geld opgehaald voor het goede doel.
Ze geven 1250 euro aan het dierenasiel en 750 euro aan de vogelopvang.
Hoeveel euro hebben ze weggegeven?
2100
1950
2000
27.
Tim moet 59 sommen maken in het weekend.
Hij maakt er vrijdag 20, en zaterdag 8.
Hoeveel sommen moet hij op zondag nog maken?
33
31
32
28.
Maarten verdeelt 420 boeken over 6 kasten.
Hij haalt 15 boeken uit de eerste kast.
Hoeveel boeken staan er nu nog in die kast?
55
65
60
29.
De school van Rik gaat met 65 kinderen naar het museum.
De kaartjes kosten 4 euro per persoon.
Hoeveel moet er betaald worden voor alle kinderen?
240
260
250
30.
Matthijs pakt de wenskaarten uit voor de rommelmarkt.
Er staan nog 8 dozen. In elke doos zitten 40 kaarten.
Hoeveel kaarten moet Matthijs uitpakken?
360
320
340
Toets nakijken
De Visual Steps-
boeken
Direct aan de slag
/
Stap-voor-stapinstructies
/
Begrijpelijke inhoud
Productoverzicht